Aluminium: Gebruikt aluminium wordt gesmolten en gegoten tot nieuwe (kook)potten of ‘designs’. Dit zijn bijvoorbeeld punten voor op een ijzeren hek, of een leeuwenkop poort.
De community-based workshop:
Eigenlijk meteen toen de container in Siniensi arriveerde opende ook de workshop zijn deuren. Op dat moment niet zozeer als workshop, maar meer nog als opslag voor alle spullen die we even nog geen plaats konden geven.
Richard Asumbisa S. Amoak is de manager van de workshop, en in de afgelopen 3 jaar is deze container uitgegroeid tot een community-based workshop voor Naasa en Siniensi en iedereen die er maar gebruik van wil maken.
Het doel van de workshop is drie-ledig:
1. Jongeren een praktische technische opleiding geven.
2. Hergebruik van materialen die weggegooid worden. Hierbij hoort ook het voorlichting geven aan scholen over het milieu.
3. In de toekomst ook kinderen met een beperking de mogelijkheid bieden tot een opleiding.
De workshop heeft 5 afdelingen:
Metaal: Er worden tafels en stoelen gemaakt en ook al eens een prototype van een bed, samen met de workshop hout. Ook is er een nieuwe opbouw gelast voor op de MotorKing. De Motorking, een motor met een laadbak erachter, was in eerste instantie het vervoersmiddel waarmee de kinderen naar school gingen. Inmiddels kon een busje worden aangeschaft, maar als dat kapot is wordt de MotorKing weer gebruikt, of als de wegen zo slecht zijn geworden door de regen, dat de bus door de wateroverlast niet rijden kan.
Hout: Hier zijn de eerste ‘chop-boxes’ gemaakt. Dat zijn houten kisten die alle leerlingen van de Senior High scholen hebben. Ze bewaren er hun eigen spulletjes in en ook hun eten. Dus hebben Richard en zijn leerling Asiawen er een nieuw ontwerp voor gemaakt. Nu zijn er twee compartimenten: een voor de etenswaren en een voor de andere spulletjes. Ze zijn steviger gemaakt door ze af te werken met hoekijzer. En voor wie dat wil kan de box ook zo gemaakt worden dat hij rechtop kan staan, zodat het een kastje met een schapje is.
Fietsenwerkplaats: Fietsen die in het westen weggegooid zijn (in de Amsterdamse grachten bijvoorbeeld) en naar Ghana worden afgevoerd, worden weer opgeknapt tot goede, degelijke fietsen. De frames koopt Richard in Tema. Daarna koopt hij in Sandema en omgeving de materialen die ontbreken. Roest wordt verwijderd, alles wordt goed schoongemaakt en geolied. Dan in elkaar gezet en de fiets is klaar voor de verkoop. Er zijn nog geen fietsen verkocht, omdat de andere workshops, met name aluminium, hout en metaal, eerst de aandacht hebben gekregen. Onderhoud aan fietsen van de buurtbewoners wordt al wel gepleegd.
Een naaiatelier: Veel mensen in Ghana drinken water uit een plastic zakje van een halve liter, dat ze vervolgens laten vallen waar ze staan. Deze watersachets worden verzameld, evenals lege plastic tassen. Nadat ze gewassen zijn worden er nieuwe producten van gemaakt, zoals etuis, toilettassen, rugzakjes en regenjasjes. Felicity is naaister in het atelier en er is een leerling: Monica.
De mensen van de workshop doen ook het onderhoud aan de school, ze bouwen mee aan de omheining en lassen zelf de poort. Uiteraard voor zover hun kennis en kunde het toelaat.